Lichaamsgerichte psychologie
Marjon Peeman

Polyvagaaltheorie: het autonome zenuwstelsel

POLYVAGAALTHEORIE: HET AUTONOME ZENUWSTELSEL​​

Binnen het autonoom zenuwstelsel kent het lichaam een ‘gaspedaal’, de vecht- sympaticus, en een ‘rempedaal’, de parasympaticus. Normaal gesproken zijn de sympaticus en de parasympaticus in balans. Maar wanneer er sprake is van langdurige stress in het lichaam, blijft het gaspedaal als het ware ingedrukt en ontstaat er een disbalans.

De sympaticus, oftewel het gaspedaal, zorgt ervoor dat je lichaam in actie komt, bijvoorbeeld bij sport of beweging. Ditzelfde gaspedaal is ook verantwoordelijk voor de bekende ‘vecht-of-vlucht reactie’ die optreedt bij acuut gevaar. Hierbij gaat de hartslag omhoog en wordt de ademhaling sneller, maar gaat je spijsverteringsstelsel bijvoorbeeld juist langzamer werken omdat deze op dat moment minder nodig is.

Het rempedaal wordt ingedrukt wanneer het lichaam rust nodig heeft; bijvoorbeeld rond bedtijd. Dankzij de parasympaticus daalt de hartslag, wordt de ademhaling langzamer en gaat het spijsverteringsstelsel harder werken. “Bij langdurige stress blijft het gaspedaal te lang ingedrukt, je lichaam komt in de actiestand en draait letterlijk overuren: de rusthartslag wordt hoger en de ademhalingsfrequentie in rust stijgt. Dit kost het lichaam ontzettend veel energie, het is niet vreemd dat hierdoor klachten ontstaan. Op den duur weet het lichaam niet meer waar de rem zit. Het stresssysteem staat altijd aan. Je kan je moeilijk ontspannen, terwijl ontspanning in deze situaties juist noodzakelijk is. Het lichaam moet immers kunnen herstellen van de extra energie die stress kost. Onze reservevoorraad energie gaat er veel harder doorheen dan nodig. Stresshormonen zorgen voor slaapproblemen (waardoor die voorraad niet wordt aangevuld), energie om ons immuunsysteem op peil te houden is er op den duur niet meer. Daardoor worden we vaker ziek en blijven we dat langer.

Wanneer we ons veilig voelen kunnen we ‘in relatie zijn’ en neemt de ventrale vagus de leiding. We zijn dan meer ‘geleider’ dan ‘weerstand’. We kunnen dan ook goed luisteren naar anderen want het middenoor is open en de menselijke stem is deel van de middenfrequenties.

Wanneer we ons in een relatie onveilig voelen (om echte of ingebeelde redenen) neemt de sympathicus meteen over en wordt het vecht- en vluchtsysteem ingeschakeld. Dat impliceert hogere bloeddruk, sneller ademen, etc.

Pas wanneer we niet kunnen vechten of vluchten wordt vervolgens de dorsale vagus ingeschakeld en gebeurt een mate van freeze respons (essentieel een staat van verdoving tegen de pijn). In sommige gevallen zullen we zelfs bezwijmen (flauw vallen heet ook ‘de vagale reactie’).

Niet alleen shocktrauma maar ook herhaalde gevoelens van onveilgheid in relaties – waarbij we niet kunnen vechten of vluchten – kunnen zorgen voor chronische dorsale vagus activiteit! De eerder ontwikkelde gevecht- en vluchtenergie wordt dan telkens onderdrukt en blijft dus in ons systeem zitten.

Gevolg: ons systeem kan nu niet meer zo vlot schakelen tussen sympaticus en parasympaticus. Veel mensen lijden daarom aan overactivteit in de sympaticus (hyperactiviteit, piekeren, onrustige benen, niet kunnen stilzitten…) terwijl veel andere mensen juist niet goed meer tot actie of kiezen kunnen komen.